Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 21-06-2020

aparteling

betekenis & definitie

(1986) (jeugd) alternatieve jongere.

• De apartelingen zijn de vierde groep. Het is een verzamelnaam voor verschillende clubjes die als onconventioneel te boek staan. Punks, alternatievelingen en hardrockers. (De Volkskrant, 20/12/1986)
• Bepaalt de jeugd de mode, of de mode de jeugd? jn wat ben je: gewoon, een kakker, een disco of ;en aparteling? Dat waren vragen die aan de orde nvamen tijdens een symposium over mode en eugdcultuur an de Erasmus Universiteit. (Het vrije volk, 22/12/1986)
• En mevrouw De Waal moef van het schoolplein af worden ge; bonjourd en zich naar de theaters, de schouwburgen, de boekhandels, de galeries en de musea begeven, waar zij in haar eentje kan uitjgroeien tot de Shere Hite van de cultuursociologie door de eerste dé beste oude, saaie, kakkerige aparteling voor een droge naald-wandkleed weg te trekken en deze kapsoneslijer driftig aan de tand te voelen over hoe hiaten in zijn ot haar gevoelsleven zich verhouden tot een te veel aan kunstgenot wedden dat dat woord 'genot' dan alsnog zijn juiste bijklank krijgt? (Het vrije volk, 27/04/1989)
• Marc Hofkamp & Wim Westerman: Aso’s, bigi’s, Crimi’s. Jongerentaalwoordenboek. 1989)

< >