Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 29-02-2020

ankatsertje

betekenis & definitie

(1959) (cabaretiers) grap die het publiek in de juiste stemming moet brengen, die het eerste applaus losmaakt. Vgl. losmakertje*.

• De komiek kwam naast haar zitten en zei: 'Zeg, je staat nummer één van-avond, maar het doet geen pijn, want ik ga eerst even voor het doek. Ik heb een aardig ankatsertje, geen knaller hoor, maar wel een losmakertje. (Simon Carmiggelt: Een toontje lager. 1959)

< >