(1980+) (wielr. + voetb.) moeizaam vooruit komen. Uitdrukking populair gemaakt (maar niet bedacht) door Gerrie Knetemann. De vergelijking ‘als een dood vogeltje’ werd al aan het begin van de 20e eeuw aangetroffen.
• we kunnen het een vrouw niet aandoen een berg op te fietsen waar sneeuw op ligt. Waarom niet? Zie je ze over de streep komen als een dood vogeltje. Nou en? (Leeuwarder courant, 10/06/1989)
• Met het overlijden van Gerrie Knetemann, afgelopen dinsdag, heeft de wielerwereld een geboren spraakwaterval verloren. De Kneet ontwikkelde als renner een compleet nieuwe, hilarische wielertaal. Zo lanceerde hij ooit de termen als 'harken', 'stoempen, 'uit het hol kletsen', 'uitgewoond zijn' en 'rijden als een dood vogeltje'. (Algemeen Dagblad, 04/11/2004)
• De ene dag nog net geen dood vogeltje en de volgende dag ritwinnaar! (Leo van de Ruit en Frans van Schoonderwalt: De Kneet. Entertainer op twee wielen. 2005)
• Weg met die zoutloze Posbank, met andere woorden. Gesink moet de cols in. Zoals vorig jaar, in de Dauphiné Libéré. «Waar ik als een dood vogeltje naar boven fietste», herinnert hij zich. In het najaar wacht ook de Vuelta, zijn eerste grote ronde, mooi tussen Olympische Spelen en WK in. (Het Laatste Nieuws, 18/04/2008)
• Op de laatste training doolde Miedema wat rond en sjokte ze na twintig minuten als een dood vogeltje van het veld. (Trouw, 11/06/2015)
• In 99 procent van de gevallen wordt zo'n renner na een vlucht van 54,3 km als een dood vogeltje opgeraapt, maar niet zo met deze Deen. (Het Belang van Limburg, 27/03/2021)
• Je moet als eerste over de finish gaan en als je als een dood vogeltje achteraan bungelt zal dat niet de bedoeling zijn. (Trouw, 19/08/2022)
