(1928) (ook: als je lelijke gezichten trekt) (sch.) gezegd van iemand die loenst of een rare snuit opzet.
• Tot kinderen die leelijke gezichten trekken, zegt men vermanend: Als 't kloksken van Route luidt (of slaat), dan blijft ge zóó staan. (Nederlandsch tijdschrift voor volkskunde. 1928)
• als je lelijke gezichten trekt blijft je gezicht zo staan… (Pieter Jacobus Meertens: Volkskunde-atlas. 1959)
• Als het klokje slaat, blijft je gezicht zo staan,' zei mijn oma vroeger, wanneer ik gekke bekken opzette. (A.F. Th. Van der Heijden: Het Hof van Barmhartigheid. 1996)
• Als het klokje slaat blijft je gezicht zo staan! ' zei Charles streng. (Monika van Paemel: Rozen op ijs. 1997)
• Keek ik scheel, dan was het: ‘Als de klok slaat, blijft je gezicht zo staan.’ (Annemarie Oster: Een vrouw om achterna te reizen. 2010)
