Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 10-07-2021

aan m'n toeter

betekenis & definitie

(1967) (inf.) uitroep van ontkenning; ik geloof er niets van; ik doe het niet.

• 'Dus jij hebt tóch een pooier?' 'An me toeter! Nee hoor.' (A. de Vink: Tieren en tierelantijnen. Ervaringen van een Amsterdamse politieman. 1967)
• Werkloosheid heet arbeidsreserve. Aan me toeter. Crisis heet recessie. Niemand snapt het. (Leidse courant, 27/12/1976)