Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 01-09-2021

aan de vallende ziekte lijden

betekenis & definitie

(2000) (voetb., sch.) zich (voortdurend) laten vallen.

• Ik herinner me een vreselijke aanslag op de enkels van Marco van Basten tijdens FC Utrecht-Ajax, een wedstrijd uit de jaren tachtig. Toen was dat nog een betrekkelijke uitzondering, tegenwoordig is het gemeengoed. Ik heb al eens gedacht dat het een goed idee zou kunnen zijn om voetbal met de armen stijf langs het lichaam te propageren, want wat die armen allemaal doen, rijst de pan uit. Vandaar dat zoveel voetballers in ernstige mate aan vallende ziekte lijken te lijden. (De Groene Amsterdammer, 03/06/2000)
• Een Braziliaan wil weten hoe Kompany zal reageren als Neymar zich weer schuldig maakt aan vallende ziekte. (De Standaard, 05/07/2018)