Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 18-08-2020

aambeienbeffer

betekenis & definitie

(1970+) (ook: aambeienplukker, aambeienrooier, aambeienlikker, aambeienschoffelaar, aambeientrekker) (scheldw.) homoseksueel persoon. Soms nog versterkt door allerlei absurde toevoegingen. Gelezen op een internetforum eind 2005: 'Ik denk dat je kan doorgaan als een ingescheten strontgemarineerde aambeienschoffelaar'.

• Aambeien-schoffelaar, homosexueel. (Geïllustreerde Encyclopedie van de Sexualiteit. Ned. vertaling van The Visual Dictionary of Sex. H.J.W. Becht-Amsterdam. 1977-1980. Woordenlijst p.126)
• Aambeienschoffelaar, nichterig woord voor homoseksueel. (Arendo Joustra: Homo-erotisch Woordenboek. 1988)
• (Hans Heestermans: Luilebol!: het Nederlands scheldwoordenboek. 1989)
• Omdat ik op de officiersopleiding zat, moest ik leren een heel peloton te commanderen. En dat voor een jongen die op school niet eens een versje durfde op te zeggen voor de klas. Een ouwe sergeant-majoor, die begon te zeggen dat je een ontzettend grote hufter was en dat je er niks van kon, was mijn leermeester. En alles met een stem die tot in Amersfoort te horen was. Een cavalerie-adjudant had bij gebrek aan paarden tot taak gekregen ons seksuele voorlichting te geven. "Mannen, seksuele voorlichting is een moeilijk woord, maar jullie weten waar het om gaat, het gaat om de seks, dat wil dus zeggen het neuken, het naaien, het krikken, het rukken, de pruimen op sap zetten. Je hebt dus twee soort mensen, de hetero's, dat zijn jullie en ik en de homo's, ook wel genoemd de ruigpoten, de bruinwerkers, de aambeienschoffelaars." En zo ging dat een uur lang door. (Opzij, 01/04/1998)
• Mijn vriend Bert heeft een probleem, niet met zijn eigen dekdel of zo maar met zijn buurman. Zijn buurman is volgens hem, een ranzige aambeienschoffelaar, anusbuisvergruizer en reetridder, in normale taal zouden wij zo iemand een homoseksueel noemen. (www.examedia.nl, 07/03/2003)
• Vooral mijn typering van Pim Fortuyn kon op instemming rekenen. 'Wat nou goddelijke kale? Een maniakale, over het paard getilde aambeienbeffer was het, een armzalige endeldarmschoffelaar, een geitenneukerneuker.' (het Parool, 27/09/2006)
• Nee sufferd, ik bedoel mijn vriend, Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Bernhard, niet die aambeienschoffelaar. (Maarten Spanjer: Spanjer in stukken. 2016)
• Waar heb je het verborgen, vuile aambeienlikker. (Marielle Boersma: Ciao Sicilia. 2019)