Een woordenboek van de filosofie

Begrippen, stromingen, denkers (2017)

Gepubliceerd op 19-04-2017

Empirisme

betekenis & definitie

De opvatting, in een van haar vele varianten, dat hetzij onze begrippen, hetzij onze kennis geheel of voornamelijk zijn gebaseerd op zintuigelijke en introspectieve ervaring. Het ‘gebaseerd zijn op’ kan slaan op een psychologische oorsprong of, meer gebruikelijk, op filosofische rechtvaardiging. Vgl. ook A priori.

Extreme empiristen beperken onze kennis tot uitspraken over sensa , plus misschien analytische uitspraken. Minder extreme empiristen zeggen dat zulke uitspraken de grondslag moeten vormen waarop al onze andere kennis is gebaseerd. Andere empiristen zullen echter slechts ontkennen dat er a priori-proposities zijn, of dat er synthetische of niet analytische a priori-proposities zijn. Of ze zullen zeggen dat als er al a priori-proposities zijn, er althans geen a priori-begrippen bestaan. Een zwakke vorm van empirisme zegt slechts dat het mogelijk is kennis via de zintuigen te verwerven. Een empiristische opvatting over een gegeven begrip of propositie baseert dat begrip of die propositie op ervaring.

In het recente verleden heeft het empirisme vaak de vorm aangenomen van een opvatting over betekenis, inhoudende dat een woord of zin alleen betekenis heeft als er op zintuigelijke ervaring gebaseerde regels kunnen worden gegeven voor de toepassing van het woord of de verificatie van de zin. Analytische zinnen vormen dan een uitzondering. Zulke regels kunnen zelfs de betekenis uitmaken. Dit wordt vaak logisch empirisme genoemd. Zie hiervoor en voor consistent empirisme positivisme. Radicaal empirisme is een benaming voor de filosofie van W. James. Vgl. pragmatisme. ‘Britse empiristen’ is een traditionele aanduiding van Locke, Berkeley en Hume, en soms voor verscheidene minder belangrijke of latere figuren die globaal hun opvattingen deelden.

Naast ‘empirisme’ komt soms de term ‘empiricisme’ voor. Zie ook rationalisme.
D. Odegard, ‘Locke as an empiricist’, Philosophy, 1965. (Bespreekt, in verband met de filosofie van Locke, betekenissen van ‘empirisch’.)