Deens zoöloog (Jägeropris, Seeland, 2 Jan. 1877 - Valby bij Kopenhagen 9 Febr. 1933), werd beroemd door zijn onderzoekingstochten met de „Dana”. Hij was de eerste, die aantoonde (1922), dat alle Europese alen wanneer zij geslachtsrijp beginnen te worden uit de binnenwateren naar zee trekken om in de Sargasso-zee te paaien en te sterven.
Na 3 jaren zwemmen keren de larven (Leptocephali), gemetamorfoseerd tot glasaaltjes de rivieren weer op, om zich in het binnenland overal heen te verspreiden.Bibl.: Report on the Danish Oceanogr. Exp. 1908-’10 to the Mediterr. and Adj. Seas (1912); Racial Investigations (1917-1930); The Danish „Dana” Expeditions 1920-’22 (1926); The Carlsberg Foundation’s Oceanogr. Exp. round the World 1928-’30 (1932); Dana’s Togt omkring Jorden 1928-1930 (1932).
Lit.: B. Hanström, in: Fauna och Flora 1947 p. 149-158; Petermanns Mitt. 1933, p. 89; A. F. Bruun, The Life and Work of Prof. J. Sch., in: Rivista di Biologia XVI (1934) p. 215-’34.