Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHEIDING VAN GOEDEREN

betekenis & definitie

is een middel voor de gehuwde vrouw om, met behoud van het huwelijk en de samenwoning, in de vermogensrechtelijke positie der echtgenoten wijziging te brengen.

De vrouw kan naar Nederlands recht, volgens art. 241 B.W., scheiding van goederen vragen:

1. wanneer de man, door een kennelijk wangedrag, de goederen der gemeenschap verspilt en het huisgezin aan ondergang blootstelt;
2. wanneer, door de wanorde en het slecht beheer zijner zaken, de waarborg voor het huwelijksgoed der vrouw en voor hetgeen haar naar rechten toekomt, zou verloren gaan, of, door grof verzuim in het beheer van het huwelijksgoed, dit zou worden in gevaar gebracht. De scheiding kan niet bij onderlinge toestemming geschieden en om te voorkomen, dat zij inderdaad door overleg tussen echtgenoten wordt tot stand gebracht, heeft de wet bepaald, dat de enkele bekentenis van de man niet tot bewijs strekt en dat de schuldeisers van de man zich tegen de scheiding kunnen verzetten. Het gevolg van scheiding is, dat de wettelijke gemeenschap van goederen ophoudt en moet worden gedeeld en dat de vrouw het vrije beheer van haar eigen goederen herkrijgt. Overigens blijven de gevolgen van het huwelijk bestaan; de vrouw heeft voor vervreemding van haar goederen en voor het aangaan van andere verbintenissen bij voortduring bijstand van de man nodig, doch kan van de rechter een algemene bewilliging krijgen om over haar roerende goederen te beschikken (art. 249 B.W.).

Ook volgens Belgisch recht kan slechts de vrouw de scheiding van goederen vorderen voor de rechter, en is elke vrijwillige scheiding nietig. Zij zal in haar vordering slagen, indien zij bewijst dat haar huwelijksgoed in gevaar is gebracht, en wanneer de wanorde van de zaken van de man doet vrezen dat zijn goederen niet zullen volstaan om haar rechten en terugnemingen te voldoen (art. 1443 B.W.). De rechtspraak heeft het begrip huwelijksgoed zeer ruim opgevat, en de ontvankelijkheid van de actie van de vrouw veel vergemakkelijkt.

De vrouw kan de scheiding van goederen in de hoger aangehaalde omstandigheden vragen, onverschillig onder welk huwelijksvermogensregime zij gehuwd mocht zijn; echter niet, indien zij onder een zuivere scheiding van goederen gehuwd is.

Ofschoon in rechte bekomen, zal de scheiding van goederen nietig zijn, indien zij niet ten uitvoer gelegd werd door de werkelijke betaling van de rechten en terugnemingen van de vrouw, bij authentieke akte gedaan tot beloop van de goederen van de man, of ten minste door binnen de 4 maanden na het vonnis begonnen en sindsdien niet onderbroken vervolgingen (art. 1444 B.W.).

De gehele procedure gaat gepaard met zekere publiciteitsvoorwaarden die moeten nageleefd worden in het belang van de derden, vooral voor gebeurlijke schuldeisers (artt. 1445-1447 B.W.)

Eens van goederen gescheiden blijft het huwelijk en blijven de huwelijksverplichtingen bestaan; enkel in de vermogensrechtelijke verhoudingen van de echtgenoten komt er een wijziging. Na de voorafgaandelijke vooraf- en terugnemingen van elk der echtgenoten, wordt het gemeenschappelijk vermogen gedeeld. De vrouw herneemt het beheer en het genot van haar persoonlijke goederen (art. 1449 B.W.) maar blijft in beginsel nog steeds een juridisch onbekwame (artt. 215 en 217 B.W.). Zij draagt bij in de huwelijkslasten en in de kosten van de opvoeding van de gemeenschappelijke kinderen, naar evenredigheid van haar vermogen en dit van haar man. Indien de man niets meer bezit komen die uitgaven geheel te haren laste (art. 1448 B.W.)

< >