Zwitsers oogheelkundige (Zürich 27 Mrt 1831 - 20 Dec. 1886), vestigde zich in 1856 te Zürich als oogarts. In 1862 werd hij buitengewoon hoogleraar aldaar en in 1875 gewoon hoogleraar.
Zijn naam is vooral bekend gebleven door het naar hem genoemde „symptomencomplex van Horner”, dat ontstaat door een stoornis van de functie van de nervus sympathicus in de hals.Lit.: J. F. H., ein Lebensbild (1887, autobiogr. volt. d. E. Landolt, m. bibl.); Hirschberg, Gesch. der Augenheilkunde, Handb. d. ges. Augenheilk. 2de dr., Bd 14, Kap.
XXIII (Leipzig 1915-1918), blz. 22-26; J. Hoischberg, Die Augenärzte der Schweiz (1916); A. Bader, Entwicklung d. Augenheilkunde im 18. u. 19. Jh. (Basel 1933).