(Frans: Gembloux) is een stadje in de Belgische prov. Namen, op golvende leembodem (891 ha).
Landbouw, landbouw- e.a. gereedschappen, voedingsindustrie inz. suikerfabricage, brouwerijen en stokerijen. Landbouwcentrum en spoorwegknooppunt. Inw. (1948): 6000. Germiniacum was een Romeinse pleisterplaats langs de heirbaan Tongeren-Bavai. In 933 stichtte de H.
Wibertus hier een Benedictijner abdij, die wetenschappelijke faam verwierf; haar abten voerden de graventitel. Tijdens de godsdiensttroebelen had zij fel te lijden en in 1680 brandde zij af. De nieuwe gebouwen, opgericht door L. Dewez (1762-’79), bleven bijna geheel bewaard en herbergen sinds 1860 het Hogere Rijkslandbouwinstituut, met een hoeve van 65 ha.Lit.: L. Namêche, La ville et le comté de G. (1922); B. Lefèbvre, Notes d’histoire sur G. (1922); Toussaint, Hist. de l’abbaye de G. (Namur 1882).