(1, filosofie) letterlijk: ontvouwd — in tegenstelling tot impliciet, ingevouwen — wordt gezegd van een redenering of betoog, dat de premissen en conclusies uitdrukkelijk en helder afzonderlijk noemt en opsomt in tegenstelling tot een, dat ze niet noemt, maar slechts indirect aanduidt aannemende, hetzij dat het overbodig is ze bewust te maken of dat de hoorder daartoe gemakkelijk in staat is. Het kan echter ook zijn, dat men niet in staat is tot een expliciete of discursieve formulering.
(2, wiskunde) noemt men een functie y van een veranderlijke x, indien een vorm gegeven is, die deze functie rechtsstreeks voorstelt: y =ƒ(x). Indien wèl een of meer vergelijkingen gegeven zijn, waaruit y (althans in theorie) zou kunnen worden opgelost, maar die oplossing nog niet is uitgevoerd (en wellicht zelfs met behulp van de tot dusver ingevoerde wiskundige symbolen onuitvoerbaar is), dan noemt men de functie impliciet.