Uroea of Oeroea is de naam van een rijk in Midden-Afrika, dat ons bekend werd door de nasporingen van Livingstone en Cameron. Het ligt tusschen 5 en 10° Z. B. en grenst in het westen aan Somami en in het oosten aan een gedeelte van het Tanganjikameer. Het is een barbaarsch gebied met eene uitgestrektheid als die van Groot-Brittanje, wordt besproeid door de groote rivieren, welke den bovenloop van de Congo vormen, voorts door het Loeapoela-, het Moero-, het Kassalien het Bangweolo-meer en is rijk aan fraaije landschappen.
Ook heeft, men er een grooten schat van voortbrengselen, welke er den handel met de oostelijke en westelijke kust bevorderen; daartoe behooren vooral ivoor, koper, en slaven. Vermaard in geheel ZuidAfrika zijn de onderaardsche woningen van Uroea, volgens Cameron te Mkanna aan de Loefira (9° Z. B.) gelegen en zich zelfs uitstrekkend onder deze rivier. Zij worden door zuilen en bogen van stalactieten onderschraagd, en kleine beken loopen er doorheen; zij dienen tot verblijfplaats aan vele Negers met hunne geiten.