Sherman (William Tecumsch), een NoordAmerikaansch generaal, geboren den 8sten Februarij 1820 te Lancaster in Ohio en de telg van een reeds in 1634 uit Engeland naar Connecticut vertrokken Puriteinsch geslacht, bezocht de militaire school te Westpoint, werd in 1840 luitenant bij de artillerie, begaf zich gedurende den oorlog tegen Mexico (1847) naar Californië, keerde in 1850 naar NewYork terug, verliet in 1853 het leger, stichtte te San Francisco een bankiershuis, dat echter niet bloeide, en belastte zich in 1860 met het bestuur der militaire school in den Staat Louisiana. Bij den aanvang van den Burgeroorlog (1861) nam hij zijn ontslag, werd eerst opzigter van een staatsspoorweg, daarna kolonel van een regiment infanterie, streed den 21sten Julij bij Bull Run, zag zich bevorderd tot generaal-majoor, onderscheidde zich in den slag bij Shiloh (6 en 7 April 1862), nam onder Grant deel aan den togt naar Vicksburg, veroverde in Julij 1864 met Hood Atlanta en ondernam vanhier den stouten togt door Georgia naar Savannah, waar hij den 13den December het fort Mac Allister veroverde,de Ossibawsond opende en de gemeenschap met de vloot der Unie herstelde. Den 17den Januarij 1865 rukte hij noordwaarts, bragt in Februarij den Geconfedereerden uit Noord- en Zuid-Carolina eene nederlaag toe en vereenigde zich den 22sten Maart bij Goldsboro met Shofteld en Jerry. Voorts nam hij deel aan de roemrijke gevechten bij Petersburg-Richmond.
Den 26sten April 1865 gaf Johnston met alle troepen der Geconfedereerden zich tusschen Kaleigh en Chattahoochee aan hem over, nadat eene voor Johnston meer gunstige capitulatie van 17 April door den minister van Oorlog verworpen was. Na het eindigen van den oorlog werd Sherman bevelhebber van het militaire departement van het Westen, zoodat hij zich in 1867 ook met de leiding van den strijd tegen de Indianen moest belasten. Nadat Grant in 1868 tot president gekozen was, werd hij als luitenant-generaal opperbevelhebber van het leger der Unie. Hij was ongetwijfeld de geniaalste veldheer van den Amerikaanschen burgeroorlog, even stout in zijne plannen als voortvarend in de uitvoering, en ongemeen bemind door de soldaten. Zijne „Memoirs (1875, 2 dln)” zijn zeer belangrijk.
