Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Meridiaan

betekenis & definitie

Meridiaan of middagcirkel noemt men een cirkel aan het uitspansel, die door de beide polen en het zenith (dus ook door den nadir) onzer aarde gaat. Hij is alzoo een groote cirkel, die den evenaar en den horizon regthoekig snijdt. Alle plaatsen, die onder denzelfden meridiaan liggen, hebben middag op denzelfden tijd en ook dezelfde geographische lengte. De meridiaan, van welken men, om die lengte te bepalen, begint te tellen, heet de eerste meridiaan.

Daartoe bepaalde men in de dagen van Lodewijk XIV dien van Ferro, omdat daardoor de aardbol op eene zeer gepaste wijze in 2 halfronden verdeeld wordt. Naauwkeurigheidshalve echter verlangde men een eersten meridiaan, die door eene sterrewacht liep, en zoo kwamen de meridianen van Greenwich, Parijs en Washington in gebruik. Men kan gemakkelijk het lengtebedrag volgens één dier meridianen als eersten meridiaan tot het bedrag volgens de beide anderen herleiden, wanneer men slechts weet, dat de meridiaan van Greenwich gelegen is 17c39'46,l" ten oosten van dien van Ferro Parijs…………... 20° 0' 0" „ „ „ „ „ „ Washington......... . 59°22'46,6" „ westen „ „ „ „ De omwenteling der aarde brengt ieder oogenblik andere sterren in onzen meridiaan en zoodanigen doorgang eener ster noemt men hare culminatie, die zoowel eene bovenste als eene onderste kan zijn. Geschieden beide boven den horizon eener plaats, dan behoort zulk eene ster tot de steeds zigtbare. Heeft de eene culminatie plaats boven en de andere beneden den horizon, dan is de ster eene op- en ondergaande, en hebben beide culminatiën beneden den horizon plaats, dan is de ster voor ons onzigtbaar. Om de rigting van den meridiaan eener plaats te bepalen, neemt de sterrekundige de culminatie der hemellichten waar. Het kan echter ook geschieden op een zonnigen dag door middel der schaduw. Men plaatse namelijk op een plat vlak een loodregten stok in het midden van een aantal concentrische cirkels.

Men raadplege een geregeld loopend uurwerk en zie eerst des voormiddags den tijd, waarop het uiteinde der schaduw van den stok een der cirkels ontmoet en stelle tevens een teeken bij die plek. Hierdoor verkrijgt men bijv. de punten A, B, C, D, E en F. Nu merkt men des namiddags op, wanneer het uiteinde der schaduw dezelfde cirkels ontmoet en stelle ook daar teekens, zoodat men de punten f, e, d, c, b, a, verkrijgt. Hierop vereenige men F en f, F en e, D en d, C en c, B en b, A en a door regte lijnen, die bij eene deugdelijke waarneming evenwijdig zullen zijn. Als men nu door het midden dezer lijnen eene loodlijn trekt, zal deze door den voet van den stok gaan en de rigting van den meridiaan aanwijzen. Het is duidelijk, dat men die uitkomst ook door één cirkel verkrijgen kan, maar men trekt er gewoonlijk meer, om grootere naauwkeurigheid te bekomen. Men weet dan tevens den juisten tijd door de halve som te nemen der verloopen tijden van F tot ƒ, F tot e enz. Men doe echter zulk eene waarneming omtrent den tijd van den langsten of van den kortsten dag, omdat men op andere tijden niet den waren, maar den onverbeterden middag verkrijgt.

Men kan de rigting van den meridiaan eener plaats ook bepalen door middel van de poolster, wanneer deze culmineert. Men plaatse dan 2 witte stokken, van welke de vóórste vrij hoog moet zijn, loodregt in den grond en verplaatse den achtersten totdat beide stokken met de poolster in hetzelfde verticale vlak liggen. De lijn, die de beide stokken verbindt, wijst ons de rigting van den meridiaan.

De meridiaankijker is een hoogst belangrijk sterrekundig instrument, namelijk een kijker, die op eene horizontale as uitsluitend in het vlak van den meridiaan kan bewogen worden. Hij is bevestigd aan een in graden verdeelden cirkel, waarop men de hoogte van het boven den horizon waargenomen hemellicht kan aflezen. Een goede meridiaankijker moet rusten op zwaar gefondeerde steenen pilasters en gewaarborgd zijn tegen elke trilling, zoodat de geringste verwijdering uit het vlak van den meridiaan tot de onmogelijkheden behoort. Het werktuig dient om met de grootste naauwkeurigheid den tijd te bepalen, waarop een hemellicht den meridiaan passeert. Trouwens wanneer bovengemelde hoogtecirkel ontbreekt, geeft men aan den meridiaankijker den naam van passage-instrument.