Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Masora (overlevering)

betekenis & definitie

Masora noemt men eene verzameling van oordeel- en uitlegkundige opmerkingen omtrent den tekst en de vocalenplaatsing in de boeken des Ouden Testaments. Zij zijn afkomstig van de Israëlietische geleerden uit de beide laatste eeuwen vóór Chr. en uit het daarop volgende tijdperk der „Mischna” en werden geruimen tijd doormondelijke overlevering voortgeplant, gedeeltelijk op den rand van handschriften geplaatst en eindelijk btj elkander gevoegd en van tijd tot tijd vermeerderd. De tegenwoordige „Masora” is eerst in de 11de eeuw voltooid, en men verdeelt haar in de Groote en de Kleine, van welke laatste slechts een uittreksel bestaat. De „Masora” is voor de geschiedenis en de critiek van den Hebreeuwschen Bijbel van groot belang.

Toch hebben hare vervaardigers — de Masoreten — ook veel gedaan wat weinig of niets beteekent, bijv. het aantal woorden en medeklinkers geteld, het middenste woord van elk boek opgezocht enz. De „Masora”, geordend door Jacob ben-Chajim uit Tunis ten behoeve van den boekdrukker Daniël Somberg te Venetië, is aldaar de eerste maal in 1525 in den Eabbijnschen Bijbel gedrukt, — later bij herhaling en ook te Amsterdam (1724—1727). Eene verklaring der Masoretische uitdrukkingen is geleverd door Elias Levita, alsmede door Buxtorf.

< >