Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 08-08-2018

La Rochelle

betekenis & definitie

La Rochelle of Larochelle, eene Fransche oorlogshaven en de hoofdstad van het departement Charente inférieure, ligt aan eene kleine golf van den Atlantischen Oceaan, tegenover het eiland Ré en aan den spoorweg. Zij heeft gedeeltelijk nog een ouderwetsch voorkomen, doch breede straten, waaronder vele met bogengangen, en eene der ruimste pleinen van Frankrijk. Onder hare 8 kerken bevindt zich eene Protestantsche van 1706, eene hoofdkerk, onderscheidene kapéllen en eenige kloosters. Tot de voornaamste gebouwen behooren wijders: Het stadhuis, in 1486— 1607 in spitsboogstijl opgetrokken, het paleis van justitie, eene groote beurs, en een ruim arsenaal.

Het fraaije wandelpark Du Mail is sedert 1827 voor een zeebad ingerigt. Men heeft er een bisschop, eene regtbank van eersten aanleg, eene handelsregtbank, 2 vredegeregten, eene académie voor letterkunde, een lycéum, een seminarium voor geestelijken, eene waterbouwkundige en eene zeevaartschool, eene zwem-inrigting, eene openbare boekerij, een muséum van schilderijen, een kabinet voor natuurlijke historie, een botanischen tuin, eene Kamer van landbouw en koophandel, genootschappen van verschillenden aard en een aantal inrigtingen van weldadigheid. Het aantal inwoners bedraagt er omstreeks 20000, en tot de middelen van bestaan behooren er de visscherij, glasblazerijen, pottebakkerijen, ijzer- en kopergieterijen, brouwerijen, weverijen, suikerfabrieken, scheepstimmerwerven en een levendige handel in brandewijn, visch, oesters, graan, timmerhout en koloniale waren. De vestingwerken der stad zijn aangelegd door Vauban. De haven, geschikt voor schepen van 400 tot 600 ton, wordt bevestigd door een in zee uitspringenden dam; er is in 1860 een nieuw bassin aan toegevoegd en zij staat in verband met het Kanaal van Rochelle. — De stad werd gesticht in de 10de eeuw, en Philippus Augustus verleende haar onderscheidene voorregten.

Den 30sten November 1215 werd zij door de Engelschen, den 3den Augustus 1224 door Lodewijk VIII veroverd en bij het verdrag te Bretigny van 1360 aan eerstgenoemde afgestaan; doch zij capituleerde den 15den Augustus 1372 en onderwierp zich aan koning Karel V, nadat de Castiliaansche vloot den 23sten en 24sten Junij de zegepraal behaald had op de Engelschen onder Pembroks. Na de invoering der Hervorming in 1557 werd zij zeer versterkt en bleef het voornaamste bolwerk der Hugenoten. Van December 1572 tot 24 Junij 1576 werd zij belegerd, en nadat zij 20 hevige aanvallen en 9 belangrijke stormen afgeslagen had, — nadat 70 mijnen te vergeefs gesprongen en 12000 man van het Koninklijk leger bezweken waren, moest zij zich aan de R. Katholieken overgeven, waarna de Vrede van La Rochelle gesloten werd (zie Hugenoten). Ook later bleef zij het middelpunt der Protestantsche oppositie, totdat zij, na eene hardnekkige belegering door Richelieu van 10 Augustus 1627 tot 23 October 1628, welke meer dan 40 millioen livres kostte en waarbij 15000 menschen van honger en gebrek omkwamen, in weerwil van den door Engeland beproefden bijstand, in handen der R. Katholieken viel, zoodat de kracht der Hervormingspartij gebroken werd. Vele inwoners van La Rochelle namen toen de wijk naar Amerika, zoodat het aantal inwoners, dat in 1572 nog 72000 en vóór de laatste belegering nog 30000 bedroeg, tot 4000 wegsmolt.