(Karl), een verdienstelijk Duitsch geneeskundige, geboren te Coburg in 1780, was eerst arts te Rodach, werd in 1809 geneesheer in Heldburg, in 1814 hofraad en hertogelijk lijfarts te Hildburghausen, in 1820 „Obermedicinalrath”, en overleed den 17den September 1855. Van zijne geschriften noemen wij: „F. G. Hildebrandts Leben (1816)”, — „Lehrbuch der Physiologie (6de druk)”, — „Ueber den Lungenschlagflusz (1817)”, —„Ueber das Fortschreiten des Krankheitprozesses (1826)”, — „Ueber die Pulsation in der Unterbauchgegend (1837)”, — en „Psychische Gesundheid und Irresein (1845)”.
Hij was in Duitschland de eerste, die een afzonderlijk geneeskundig tijdschrift stichtte, dat hij met Jahn uitgaf onder den titel „Medicinisches Konversationsblatt”. Ook in andere tijdschriften was hij een ijverig medewerker.
