Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 07-08-2018

Glinski

betekenis & definitie

Glinski (Michaël, prins), de verrader van zijn vaderland, was de spruit van een vorstelijken stam in Litthauen, streed in Friesland onder de vaan van Albrecht van Saksen en in Italië onder die van Maximiliaan I, genoot de bijzondere gunst van Alexander Jagello, koning van Polen, en versloeg in 1506 als opperhoofd van het leger der Litthauërs de Tartaarsche horden, die er een inval beproefden.

Toen hij ten tijde van Koning Sigismund door zijne benijders belasterd werd, als zou hij de kroon van Litthauën beoogen, viel hij in ongenade. Hij nam echter bloedige wraak, want met 2 broeders en vele Litthauërs trad hij in dienst bij den Russischen czaar Wasili III Iwanowitsj. Hij bewoog dezen in 1508, om een inval te doen in Litthauën, waarna hij zelf aan het hoofd van het vijandelijk leger derwaarts trok. Wèl leed hij aanvankelijk de nederlaag, waarna zijne bezittingen aan den Koning van Polen ten deel vielen; doch bij een tweeden aanval maakte hij zich door verrassing meester van het sterke Smolensk. Daar echter de Czaar deze stad niet in het bezit van den veroveraar wilde laten, zooals eerst beloofd was, wenschte Glinski zich met den Koning te verzoenen.

Toen Wasili dit gewaar werd, deed hij den veldheer in ketens slaan en naar het binnenland van Rusland brengen. Door bemiddeling van de Czarin en van Keizer Maximiliaan kwam hij echter weldra weder op vrije voeten en werd in zijne waardigheden hersteld, ja, door Wasili zelfs tot voogd van zijn zoon Iwan benoemd. Daar hij echter den berispelijken levenswandel der czarin Helena onverbloemd had afgekeurd, liet deze hem in den kerker werpen en van het gezigt berooven, waarna hij in 1534 in de gevangenschap overleed. Zijne lotgevallen hebben stof geleverd aan onderscheidene dichters, — onder anderen aan den Poolschen dichter Wezijk voor een treurspel.

< >