Clichéren. of afslaan noemt men eene door Selzam, te Leipzig omstreeks het jaar 1770 uitgevondene methode, om houtsneden te vermenigvuldigen. Hiertoe bereidde hij een metaalmengsel, waartoe doorgaans 3 deelen lood, 2 deelen tin en 5 deelen bismuth genomen werd, en juist op het oogenblik als het gereed was om van den vloeibaren in den vasten toestand over te gaan, plaatste hij daarboven de houtsnede en dreef die met een slag (vandaar afslaan) in het taaije deeg. Na de wegneming van het hout en de afkoeling van het metaal heeft men alzoo eene matrijs verkregen.
Later maakte men zulke matrijzen ook van getah-pertsja, en deze zijn bijzonder geschikt voor galvanischen neêrslag. Zie voorts Galvanotypie.
De drukvormen, op die wijze verkregen, noemt men clichés. Men heeft er desgelijks voor katoendrukkerijen. Om ze te vervaardigen, heeft men ook clicheermachines uitgevonden, die de houtgravure op het juiste oogenblik gelijkmatig en krachtig in den metaalbrij drukken. Na de uitvindingen der stereotypie (zie onder dit woord) heeft men ook deze aangewend, om clichés te leveren.