Blitum is de naam van een plantengeslacht uit de familie der Chenopo- dieën, hetwelk zich onderscheidt door een 3-spletig bloemdek met 1 tot 5 meeldraden.
Wij hebben in ons Vaderland den kopvormenden sapkelk (B. capitatum L.) mot 3 hoekige, schier spiesvormige bladeren en aarvormende, eindelingsche bloemhoofdjes,en den okselbloeijenden sapkelk (B. virgatum L.) met verspreide zijdelingsche bloemhoofdjes, die uit de blad-oksels oprijzen, en met donkerroode, op aardbeziën gelijkende vruchten. Van beide soorten kan men de bladeren als die van spinazie gebruiken.
Blixen-Finecke (Karl Frederik Axel Bror, baron von)
Die in de jongste geschièdenis van Denemarken eene merkwaardige rol heeft vervuld, werd geboren in 1822. Hij studeerde te Göttingen en kwam op 20-jarigen leeftijd aan het Deensche hof. Zijn eerste huwelijk werd in 1854 door scheiding vernietigd, en hij begaf zich vervolgens in den echt met prinses Augusta van Hessen, zoodat hij de zwager werd van prins Christiaan van Denemarken en van prins Frederik van Hessen.
Na de volksbewegingen van 1848 was hij zeer conservatief, en later werd zijn salon de verzamelplaats van verschillende partijen. Met het Hof geraakte hij in onmin, omdat hij zich tegen de oogmerken van gravin Danner verzette, en hij legde zelfs zijne kamerheersbetrekking neder. Hij schreef eene brochure over het “Skandinavismus”, en deze maakte de kloof nog wijder. Weldra echter wist hij zich met het Hof te verzoenen, en toen in 1859 het ministérie-Hall aftrad, vormde Bliixen een nieuw kabinet.
Om zich staande te houden omhelsde hij de boerenpartij; zijn programma was: Deensche taal en nationaliteit in Sleeswijk en zelfstandigheid van Holstein onder een gouverneur, waartoe hij prins Christiaan bestemde. De belemmeringen, die hij vond, deden hem in 1860 de portefeuille nederleggen, en Hall kwam weder aan het bewind. Wél beproefde hij zich aan het hoofd van verschillende partijen te plaatsen en zijn gezag te herkrijgen, — maar vruchteloos. Men gevoelde algemeen, dat zijne beginselloosheid hem verhinderde, om als staatsman voor Denemarken nuttig te wezen.