Begripppenlijst Tweede Kamer

Winish Ganesh (2012)

Gepubliceerd op 15-05-2018

Joyriding

betekenis & definitie

Er is sprake van joyriding indien een persoon, zonder daartoe gerechtigd te zijn, andermans voertuig gebruikt.

Wanneer een persoon een voertuig (bijvoorbeeld een auto) aanschaft, kan hij ingevolge artikel 1 van boek 5 van het Burgerlijk Wetboek worden aangemerkt als eigenaar. Het eigendom wordt in het recht gezien als het meest omvangrijke recht dat een persoon op een bepaald goed kan hebben. Indien een ander persoon inbreuk maakt op het eigendomsrecht van een ander, dan is er sprake van onrechtmatig gedrag. Op onrechtmatig gedrag kunnen er sancties volgen, tenzij de eigenaar toestemming heeft gegeven voor het gebruik van zijn eigendom. Bij joyriding is er sprake van een inbreuk op andermans eigendomsrecht. Artikel 11 van de Wegenverkeerswet stelt: "Het is verboden opzettelijk wederrechtelijk een aan een ander toebehorend motorrijtuig op de weg te gebruiken." Indien een persoon zich schuldig maakt aan joyriding, kan hij ingevolge artikel 176 lid 2 van de Wegenverkeerswet worden gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden, of met een geldboete van de derde categorie.