Aandeel is een algemeen gehanteerd, niet gespecificeerd begrip, waarmee een belang in het kapitaal van een vennootschap wordt aangeduid, dan wel − afhankelijk van de context − het gedrukte juridisch bewijsstuk daarvan.
Ook wel genoemd: effect.
Het aandeel krijgt bij de uitgifte een nominale waarde mee. Het kan voorkomen, dat die waarde onder bepaalde marktomstandigheden te hoog wordt bevonden, om een goede handel in die aandelen te bevorderen. In dat geval kan het aandeel opgedeeld worden in kleinere coupures, genoemd een ‘onderaandeel’, die in totaal de waarde hebben van het oorspronkelijke effect.
De deelneming in het eigen vermogen van die vennootschap kan een beursgenoteerde, of een niet-beursgenoteerde onderneming betreffen. In het eerste geval wordt de waarde ervan bepaald door de financiële markt via de koersontwikkeling ervan op de betreffende beurs. In het tweede geval wordt de waarde bepaald door de vastgoedmarkt en in mindere mate door de financiële markt.
Een aandeel bestaat uit een waardepapier op naam van de houder of aan toonder, dat wil zeggen niet (rechts)persoonsgebonden, dan wel uit een inschrijving op naam in een door de onderneming bij te houden aandeelhoudersregister.
Aan het aandeel zit het recht verbonden te mogen stemmen in de algemene vergadering van aandeelhouders en in bijzonder in daarvoor belegde vergaderingen. In principe geldt dat elk aandeel het recht biedt tot het uitbrengen van één stem. Dit stemrecht is echter beperkt tot het uitbrengen van maximaal zes stemmen, ook al bezit de aandeelhouder meer dan zes aandelen. Voor een grootaandeelhouder zou dat in kunnen houden, dat zijn belangen niet evenwichtig worden meegenomen en het door hem gewenste beleid onvoldoende gesteund wordt. In zo’n situatie wordt dan wel eens gewerkt met een of meer ‘stromannen’. Dat zijn personen, die – via vooraf verstrekte aandelen op eigen naam – in de aandeelhoudersvergadering hun stem uitbrengen, zoals dat door de opdrachtgever, de feitelijke eigenaar van die aandelen, gewenst wordt.
