wezen - Werkwoord
1. (copl) (auxl) ergatief Alternatieve onbepaalde wijs van zijn. Tegenwoordige tijd alleen in de gebiedende wijs: wees(t). De vorm gewezen wordt alleen als bijvoeglijk naamwoord gebruikt
♢ Hij zal gezegend wezen.
wezen - Werkwoord
1. meervoud verleden tijd van wijzen
♢Wij wezen
♢Jullie wezen
♢Zij wezen
wezen - Zelfstandignaamwoord
1. bestaand individu, inzonderlijk een persoon of dier
♢ Zij was een wonderbaarlijk wezentje.
2. de aard van iets
♢ Dat is het wezen van de schilderkunst.
wezen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord wees
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: