Gepubliceerd op 31-10-2017

voorliggen

betekenis & definitie

voorliggen - Werkwoord
1. (intr) vergeleken met anderen verder gevorderd zijn, een voorsprong hebben, een plaats hebben waar iets anders achter ligt
Dat ze halverwege voorliggen wil nog niet zeggen dat ze de race ook zullen winnen.
2. (intr) (figuurlijk) ter behandeling voorgelegd zijn, onder ogen komen
De plannen die nu voorliggen zijn veel te duur.

Woordherkomst
samenstelling van voor(bijwoord) en liggen(werkwoord) , [2] misschien ook onder invloed van het Duitse woord vorliegen

Antoniemen
achterliggen