vermogen - Zelfstandignaamwoord
1. (financieel) een kapitaal aan geld -> bezit, bezitting, eigendom
♢ De buurman heeft een flink vermogen.
2. de kwaliteiten om iets te kunnen doen, capaciteit
♢ Hij heeft niet het vermogen om leiding te geven aan die groep.
3. (natuurkunde) de hoeveelheid verrichte arbeid per tijdseenheid, uitgedrukt in de SI-eenheid Watt
♢ Een goed getrainde fietser kan continu een vermogen van 130 watt leveren.
vermogen - Werkwoord
1. (modl)(formeel) in staat zijn, kunnen
♢ Wij vermogen niet in te zien wat op dit moment het spoedeisende karakter is.
♢ (...) sulcks nochtans volcomelijck heeft vermogen te doen ende gedaen, (...)
2. absoluut in staat zijn iets te bewerkstelligen
♢ Tegen dat virus vermogen we nu niet veel, maar met die nieuwe vaccinatieresultaten komt daar mogelijk verandering in.
Woordherkomst
afgeleid van mogen met het voorvoegsel ver-
Synoniemen
[2] bekwaamheid, competentie, potentieel
Antoniemen
onvermogen
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: