uitzetten - Werkwoord
1. ergatief (natuurkunde) in volume toenemen
♢ Bij verhitting zetten de meeste materialen uit.
2. (ov) iemand dwingen een gebied of gebouw te verlaten
♢ Hij werd zonder pardon de zaal uitgezet.
3. (ov) het uitschakelen van een elektrisch toestel
♢ Ik heb het theelichtje uitgezet.
uitzetten - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord uitzet
Woordherkomst
samenstelling van uit(bijwoord) en zetten(werkwoord)
Synoniemen
[3] afschakelen, uitschakelen
Antoniemen
[1] krimpen
[3] aanzetten, inschakelen
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: