Gepubliceerd op 01-11-2017

uitlezen

betekenis & definitie

uitlezen - Werkwoord
1. (ov) lezen tot het verhaal afgelopen is
Ik las het boek in één ruk uit.
2. (ov) ergens digitale gegevens uithalen
Op mijn slimme meter zit een knop om de data uit te lezen.
Als op je dashboard een lampje begint te branden, dan kan de dealer de foutcode uitlezen en de storing verhelpen.

Woordherkomst
samenstelling van uit(bijwoord) en lezen(werkwoord)