Gepubliceerd op 01-11-2017

tuinkabouter

betekenis & definitie

tuinkabouter - Zelfstandignaamwoord
1. kabouter ter versiering van de tuin
Het begon met de tuinkabouters en ganzen die hij opmerkte in voortuinen in zijn woonplaats Eemdijk. Fotograaf Daniel Koning (1940) bedacht iets te doen met de manier waarop Nederlanders hun woningen personaliseren.
2. (pejoratief) wereldvreemde idealist

Woordherkomst
samenstelling van tuin en kabouter

Synoniemen
[1] tuindwerg