trouwen - Werkwoord
1. ergatief het aangaan van een officiële verplichting tussen twee personen om voor elkaar te zorgen
♢ Op 3 juli ga ik trouwen met mijn vriendin.
2. (ov) twee personen in de echt verbinden
♢ Dat is de dominee die ons getrouwd heeft.
trouwen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord trouw
Woordherkomst
afgeleid van trouw met het achtervoegsel -en
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: