Gepubliceerd op 01-11-2017

trekking

betekenis & definitie

trekking - Zelfstandignaamwoord
1. het trekken van loten in een loterij
Ook bij de laatste trekking van de Staatsloterij won de onverbeterlijke gokker niets, zelfs geen eigengeldje.
2. een onwillekeurige spiercontractie
De epilepsiepatiënt had veel last van trekkingen.

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van trekken met het achtervoegsel -ing