Gepubliceerd op 02-11-2017

strip

betekenis & definitie

strip - Zelfstandignaamwoord
1. een boek met een verhaal in beeldvorm
De strip was nieuw voor Jan.
2. een (metalen) strook
De smid maakte de strip van restmateriaal.

strip - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van strippen
♢ Ik strip
2. gebiedende wijs van strippen
strip!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van strippen
strip je?

Verwante begrippen
manga, mangaboek, reep, band, windsel