staat voor - Werkwoord
1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorstaan
♢ Jij staat voor
2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorstaan
♢ Hij staat voor
3. verouderde gebiedende wijs meervoud van voorstaan
♢ staat voor!
Woordherkomst
uit staat (werkwoord) en voor(bijwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: