Gepubliceerd op 04-12-2017

mondeling

betekenis & definitie

mondeling - Bijvoeglijk naamwoord
1. via het gesproken woord
Er is daar alleen een mondelinge afspraak over.

mondeling - Bijwoord
1. op mondelinge wijze
Je kunt dat examen ook mondeling doen.

Woordherkomst
Afgeleid van mond met het achtervoegsel -ling met het invoegsel -e-

Synoniemen
oraal

Antoniemen
schriftelijk