mega - Bijvoeglijk naamwoord
1. (spreektaal) heel groot
♢ Jouw problemen gaat echt mega worden als je zo doorgaat.
2. (spreektaal) (figuurlijk) echt groots, heel goed of buitengewoon prettig
♢ Ik wens jou een mega vakantie!
3. (spreektaal) (bijwoordelijk gebruikt) in heel sterke mate
♢ Ze is echt mega gelukkig met haar nieuwe vriend.
mega - Zelfstandignaamwoord
1. (spreektaal) megabyte
♢ Voor mijn foto's had een schijf van 500 mega nodig.
Woordherkomst
zelfstandig gebruik van het voorvoegsel mega-
Zie ook
mega-
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: