Gepubliceerd op 04-12-2017

laten

betekenis & definitie

laten - Werkwoord
1. (auxl) maakt een causatief uit een ergatief werkwoord: veroorzaken dat het gebeurt
Hij liet zijn auto repareren.
2. (auxl) maakt een causatief uit een ergatief werkwoord: toestaan dat iets gebeurt
Hij liet de boter smelten.
3. (ov) het niet doen
Laat dat!
4. (ov) er niets aan veranderen
Het zo laten.
5. (ov) vertrekken zonder hem mee te nemen
Zij liet hem daar.
6. aansporing om iets te doen
Laat dit een voorbeeld zijn.

laten - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord laat

Woordherkomst
afkomstig van:
Middelnederlands: laten
Oudernederlands: lātan
Germaans: *lētanan