Gepubliceerd op 04-12-2017

kennelijk

betekenis & definitie

kennelijk - Bijvoeglijk naamwoord
|kennelijke|kennelijker|kennelijkere|kennelijkst|kennelijkste|part=kennelijks|partcomp=kennelijkers}}

kennelijk - Bijwoord
1. zoals inmiddels duidelijk is geworden
Er was kennelijk geen andere weg, dus gingen we nog maar de smalle straat in.

Woordherkomst
afgeleid van ken (stam van het werkwoord kennen) met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-

Synoniemen
blijkbaar, klaarblijkelijk