Gepubliceerd op 04-12-2017

ironisch

betekenis & definitie

ironisch - Bijvoeglijk naamwoord
1. iets in een merkwaardig of lachwekkend daglicht stellend
Zijn ironische opmerking maakte het moeilijk ons gezicht in de plooi te houden.

Woordherkomst
Afgeleid van ironie met het achtervoegsel -isch.

Synoniemen
spottend

Verwante begrippen
sarcastisch, cynisch