Gepubliceerd op 04-12-2017

grutten

betekenis & definitie

grutten - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord grut
2. (voeding) mengsel van gebroken graankorrels. Er zijn grutten van boekweit, haver, gerst en rijst (gebroken rijst)

grutten - Werkwoord
1. grutten maken

grutten - Werkwoord
1. meervoud verleden tijd van grutten
♢Wij grutten
♢Jullie grutten
♢Zij grutten

grutten - Tussenwerpsel
1. bastaardvloek die lichte schrik uitdrukt

Woordherkomst
[zelfstandig naamwoord en tussenwerpsel] grut met uitgang -en
[werkwoord] grut met het achtervoegsel -en

Uitdrukkingen en gezegden
♦ goeie grutten
lieve help
♦ grote grutten
lieve help

Verwante begrippen
gort, griesmeel