Gepubliceerd op 14-11-2017

gelegenheid

betekenis & definitie

gelegenheid - Zelfstandignaamwoord
1. mogelijkheid tot
In het schema is er gelegenheid om een kop koffie te drinken.
2. een zaak
Weet jij een gelegenheid waar ik een nieuwe broek kan kopen?

Woordherkomst
Afgeleid van gelegen met het achtervoegsel -heid.