gat - Zelfstandignaamwoord
1. opening
♢ Een gat in de muur boren.
2. overdrachtelijk: een tekort of ontbrekend deel
♢ Een gat in de begroting.
♢ Er zitten gaten in zijn verhaal.
3. (meervoud) gaten: oog|ogen
♢ In de gaten houden.
♢ In de gaten lopen.
4. (verkleinwoord) gaatje: een geval van tandwolf
♢ De tandarts zei dat ik geen gaatjes had.
5. (dim gatje) achterste
♢ Op z'n gatje zitten.
Uitdrukkingen en gezegden
♦ een gat in zijn hand hebben
dwangmatig geld uitgeven|num=1
♦ in een (zwart) gat vallen
niet meer weten wat te doen (na een drukke periode)|num=1
♦ een gat in de markt
een vraag waar nog geen aanbod tegenover staat|num=2
♦ in de gaten springen
de leemtes opvullen|num=2
♦ iets in de gaten hebben
iets in het oog hebben|num=3
♦ iets in de gaten houden
ergens op letten|num=3
♦ in de gaten lopen
opvallen|num=3
♦ geen zittend gat hebben
niet lang kunnen stilzitten|num=5
♦ op zijn gat liggen
in een ellendige toestand verkeren|num=5
♦ wie zijn gat brandt moet op de blaren zitten
de gevolgen van je daden zul je moeten verdragen|num=5
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: