Gepubliceerd op 14-11-2017

eruit

betekenis & definitie

eruit - Voornaamwoordelijk bijwoord
(scheidbaar)
1. vervangt: *uit het, *uit ze
Eruit!
Hij nam er wat uit.

eruit - Bijwoord
1. bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord
eruitzien: hij ziet eruit alsof hij in de sloot gevallen is.

Woordherkomst
samenstelling van er en uit

Uitdrukkingen en gezegden
eruit kunnen komen
tot overeenstemming kunnen komen
♦ het harde woord moet eruit
de vervelende waarheid moet gezegd worden
♦ zo komt het luie zweet eruit
iemand werkt harder dan hij normaal doet