Gepubliceerd op 10-11-2017

breed

betekenis & definitie

breed - Bijvoeglijk naamwoord
1. van grote afmeting in de zijdelingse richting
Zo'n Hummer is wel een erg brede auto.
2. het ~ hebben: welvarend zijn
Zij hadden het niet zo breed in die akelige tijd.
3. bij een rechthoek de lengte van de korte zijde
het huis is 10 meter lang, 6 meter breed en 5 meter hoog.