Gepubliceerd op 10-11-2017

bont

betekenis & definitie

bont - Bijvoeglijk naamwoord
1. met veel verschillende felle kleuren
Dat is wel een heel bont schilderij.
2. bonte verzameling: een verzameling met heel veel van elkaar verschillende elementen
Een bonte verzameling van studenten, medewerkers en ‘fulltime’ actievoerders ageren tegen „het rendementsdenken”. Wat opvalt: de critici zijn behendig in het bespelen van de pers door de inzet van social media. Instrumenten die de mensen in de top van de universiteit amper beheersen.

bont - Zelfstandignaamwoord
1. dierenhuid met vacht
Volgens mij houdt ze eigenlijk niet van bont.

Uitdrukkingen en gezegden
♦ iemand bont en blauw slaan
iemand slaan tot deze er blauwe plekken van overhoudt
♦ het erg bont maken
zich extreem gedragen, veel te ver gaan