Gepubliceerd op 30-10-2017

bitterzoet

betekenis & definitie

bitterzoet - Bijvoeglijk naamwoord
1. van iets stoffelijks dat de smaak half bitter en half zoek is
Wij aten een bitterzoete vrucht.
2. van iets onstoffelijks dat het zowel fijn als vervelend is, waar je zowel vrolijk als verdrietig van kan worden
Met name de liefde kan bitterzoet zijn.

bitterzoet - Zelfstandignaamwoord
1. (plantkunde) (medisch) Solanum dulcamara is een vrij algemeen voorkomende, vaste plant uit de nachtschadefamilie (Solanaceae)

Woordherkomst
samenstelling van bitter en zoet

Synoniemen
alfrank, dolkruid, elfrank