Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

Gepubliceerd op 04-08-2017

zit

betekenis & definitie

(de; g.mv.) - manier van zitten, houding van de renner op de fiets

• Voor de rest is het een en al schoonheid op de route: de aanblik van de kastelen langs de Loire. Het blijft hopen dat Herben Dijkstra en Maanen Ducrot de persvrijheid nemen om ook over die prachtburchten te venellen als ze in beeld komen en er niet doorheen praten met analyses over de mooie zit van de pedaalridders. (WIELO)

• En dan heeft Post ook nog de pech dat hij ‘valt’ op mooie renners. Op coureurs met een fraaie zit, een soepele pedaalslag. (WIELR)