Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

Gepubliceerd op 02-08-2017

fietsbal

betekenis & definitie

(het; g.mv.) SP - balspel voor twee ploegen waarbij de spelers op de fiets zitten en met hun fiets(wiel)en of lichaam (maar niet met hun handen of voeten) de bal in het doel moeten werken; winnaar is de ploeg met de meeste doelpunten, syn. cyclobal, radbal.

• De rijders spelen met een bal van 20 cm doorsnee gevuld met paardenhaar. Het speelveld is even groot als dat van kunstwielrijden

(11 bij 14 meter), en de doelen zijn 2 bij 2 meter. Er is geen sprake van een vaste keeper. De spelers zijn aanvallers en tevens verdedigers. Het doel mag beschermd worden door één speler. In een officiële wedstrijd worden er twee helften gespeeld van elk 7 minuten, waarbij in de tweede helft van speelrichting wordt gewisseld. (www.kwvdeheidebIoem.nl)

fietspolo