Definities van Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië in de Ensie K
- Kassaba
- Kassave
- Kassikassima
- Kastanje broodboom
- Kasties
- Katabalie
- Katamaran
- Katasoe
- Katjapa
- Katoen
- Katoena
- Katoena di seeda
- Katoenboom
- Katoenvogel
- Katvisch
- Kau-ai
- Kau-foetoe-boi
- Kau-frei
- Kau-honi
- Kau-maka
- Kaubaati
- Kaurischelpen
- Keedeebeesji
- Keentras
- Kegel
- Kéké
- Kekreké
- Kelki heel
- Kemphaantje
- Kenaima
- Keneepa
- Képi-képi
- Kerkgenootschappen
- Kerosine
- Kersenboom
- Kerstmisbloem
- Ketting
- Keuchenius (Levinus Wilhelmus Christiaan)
- Keuren
- Keurmeester der suyckeren
- Kevers
- Kickxia
- Kiebrahatsja
- Kien
- Kienboto
- Kiesteen
- Kifoenga
- Kikkert (Albert)
- Kikvorschen
- Kilthum
- Kin of Kjing
- Kinderhuis saron
- Kini-kini
- Kinkajoe
- Kinnuptree
- Kip (Hendrik Bernardus)
- Kippanki
- Kiskissi
- Kiskissi-kankan
- Kiskissi-makà
- Kivieti
- Kjöken möddings
- Klaas moelaato
- Klanders
- Klap
- Klapper
- Klaroen
- Klaverjas
- Klavierslot
- Kleederdracht
- Klein-vissie
- Kleine landbouw
- Kleine warakoe
- Klem
- Kleur
- Kleurlingen
- Kleurstoffen
- Klierkoorts
- Klimaat
- Klokvogel
- Knaagdieren
- Knip
- Knippa
- Kniptorren
- Knoopen-kalender
- Knorvisschen
- Knuppelwegen
- Kodjo
- Koeak
- Koebi
- Koeboom
- Koegoear
- Koeieda
- Koeiegi
- Koejaké
- Koejaké-hoedoe
- Koekoe
- Koelie
- Koelimata
- Koeloemata
