Encyclopaedie van Nederlandsch West-Indië

Herman Daniël Benjamins, Joh. F. Snelleman, Martinus Nijhoff, E.J. Brill (1914-1917)

Gepubliceerd op 25-04-2022

Aspredo aspredo

betekenis & definitie

(L). Eig.

Eig. Trompetter, SUR. Fam. Aspredinidae. Zoetwatervisch. Verspreiding: Guiana, Rio Para en Arary. De bovenkaak is breed, spatelvormig, veel voor de onderkaak uitstekende.

De oogen zeer klein. Er zijn acht voeldraden; de bovenkaaksvoeldraden zijn in 't begin tot een breed vlies uitgezet, waaraan een paar kleinere voeldraden zich hechten; het derde paar zit bij de mondhoeken, het vierde paar iets er achter. De huid is zonder schubben De eerste rugvinstraal en de buitenste staartvinstralen zijn soms een weinig verlengd Er is geen vetvin. De aarsvin is zeer lang. Het wijfje beschermt de eieren gedurende de ontwikkeling. Aan den buik, de borst en de keel, en zelfs aan een deel van de borstvinnen draagt zij de eieren in ronde openingen, beschermd door korte aanhangsels. Zijn de eieren uitgekomen, dan wordt de onderzijde van het lichaam weder glad.

< >